De wording van… Timothy Derijck
Als Timothy Derijck na afloop van het interview relaxed poseert voor de graffitiafbeelding van mister Den Haag Aad Mansveld neemt trainer John van den Brom – op weg naar huis – even gas terug. Het raampje gaat omlaag. “Lukt het Timmie?” vraagt hij met een vette grijns. Timothy Derijck grapt: “Jawel. De fotograaf zegt dat ik moet stoppen met voetballen en model moet worden.” Waarop Van den Brom gevat reageert: “Dat roep ik al een hele tijd…” De trainer en zijn speler lachen er samen om.
Het illustreert de goede sfeer van dit moment bij ADO Den Haag. Timothy Derijck is zichtbaar gelukkig dat hij deel uitmaakt van het team dat dit jaar zo verrassend goed presteert. Bij het ter perse gaan van dit nummer is ADO na de 1-0 overwinning op Vitesse naar de vierde plaats gestegen. Eerder vertelde Derijck in de spelersruimte van het trainingscomplex: “De sfeer is goed, zeker nu we zo vaak winnen. Vanaf het begin van het seizoen hebben we al een heel goede groep. In het begin verloren we weliswaar, maar je zag al aan de manier van spelen dat het beter was dan de jaren ervoor. Daar hebben we ons aan opgetrokken. Er waren maar twee wijzigingen in het team ten opzichte van het jaar ervoor, maar het moet wel allemaal in elkaar passen. John van den Brom, onze nieuwe trainer van dit seizoen, legt andere accenten. Hij is iemand die de spelers hun gang laat gaan. Als het nodig is, grijpt hij in, maar meestal loopt het zo ook wel goed. Dat systeem past goed bij deze groep. Wij weten wat we aan elkaar hebben en dat er nooit iemand zal verzaken.”
Geen spits
Op de luie bank voor de televisie gaan we terug in de tijd. Wat is de eerste voetbalherinnering van de Belgische verdediger? Derijck hoeft niet lang na te denken. “Vroeger ging ik altijd bij mijn vader kijken. Hij speelde op het niveau van de Jupiler-league. Hij had hoger kunnen spelen, maar vond dat zijn werk de hoogste prioriteit had. Langs dat veld had ik altijd zoveel plezier, dat ik dacht: dat wil ik ook. Op mijn vierde ben ik in clubverband gaan spelen. Tot mijn twaalfde speelde ik bij Dender, waar ik vandaan kom. Daarna ben ik naar Anderlecht gegaan. Op mijn vijftiende zat ik daar bij het eerste.”
Timothy Derijck viel bij Dender op als spits, maar werd bij de eerste training van Anderlecht in de achterhoede gezet. “Ik weet dat nog heel goed,” blikt hij terug. “De trainer zei: ‘Je bent geen spits, je bent verdediger’. Vanaf dat moment ben ik verdediger. Ik stond er meteen goed. Ik vond het wel leuk om te scoren, maar ik voelde ook dat dat niet mijn plek was. Ik vind het leuker om geen doelpunten tegen te krijgen dan om te scoren. Grappig genoeg was mijn vader was ook verdediger.”
De overgang van Dender naar Anderlecht bracht nog een verandering met zich mee. Derijck moest in een internaat gaan wonen, daarmee kwam een definitief einde aan het gezinsleven in Dender. De verdediger reageert nuchter: “Ik wist waar ik het voor deed, ik wilde voetballer worden. Mijn ouders stonden op de markt. Ze moesten elke dag om 5 uur op en kwamen pas weer rond 3 uur thuis. Ze konden me niet naar het voetbal brengen. Voor die tijd sliep ik ook meestal al bij mijn oma. Mijn opa bracht me naar school. In het begin vond ik het lastig. De meeste jongens spraken Frans, daarom kon ik niet met ze praten. Toen ik me de taal eigen had gemaakt, ging het beter. Al bij al heb ik geen traditionele jeugd gehad, maar het was wel een goede jeugd. Ik heb veel leuke dingen gedaan, alleen niet altijd met mijn ouders.”
Feyenoord
“Na zes jaar was ik wel een beetje klaar met het voetbalinternaat. De ouderen waren vertrokken en er kwamen steeds nieuwe jongens aan wie je moest wennen. Toen kwam Feyenoord. Ik was al een tijd in afwachting van mijn debuut in het eerste van Anderlecht. Ik zat er wel bij, maar kwam maar niet aan spelen toe. Dat duurde al twee jaar. Feyenoord haalde me ook echt om te spelen. Toen was de keuze voor mij niet moeilijk meer.
“Toen ik aankwam was ik echt onder de indruk. Ik had nog nooit zo’n groot stadion gezien. Gullit haalde me voor het eerste elftal, maar binnen twee weken was hij zelf alweer weg. Erwin Koeman volgde hem op. De eerste oefenwedstrijd zou ik in de basis met de eerste elf spelen. Omdat het papierwerk nog niet helemaal in orde was, hebben ze voor een ander centraal achterin gekozen. Daarna zijn ze zo blijven spelen. Dat is mijn ongeluk geweest. Na een halfjaar werd ik aan NAC verhuurd.
“Of dat een teleurstelling was? Nou ja, ik zal nooit naar een club gaan om daar op de bank te zitten. Zo zit ik nu eenmaal niet in elkaar. Ik wilde gewoon spelen, dan maar bij NAC. Op dat moment vond de trainer me niet goed genoeg Feyenoord. NAC is ook een heel mooie club en ik heb er een goede tijd gehad.
“Na dat halfjaar keerde ik terug. Ik speelde bij Feyenoord twintig wedstrijden in de competitie en een aantal in de UEFA-cup. Het was een goed seizoen, maar Feyenoord besloot verder te gaan met ervaren jongens. Zelf had ik op dat moment sterk de behoefte om terug te gaan naar België. Toen heb ik gekozen voor FCV Dender. Het was een ploeg die in drie jaar tijd van de derde naar de eerste klasse was gepromoveerd. Alle jongens uit de derde klasse zaten er nog. Aan het begin van het seizoen zeiden mensen dan ook: ‘Met deze ploeg halen jullie niet eens tien punten.’ Maar aan het einde hadden we er 33. Het was een topseizoen. Misschien was het technisch niet de best voetballende ploeg, maar er werd wel elke week strijd geleverd. Ik denk met veel plezier terug aan die tijd.”
ADO Den Haag
Aan het einde van het seizoen toonden veel clubs belangstelling voor de verdediger. Belgische topclubs en Nederlandse subtoppers klopten aan bij Feyenoord. De club uit Rotterdam besloot daarop de transferprijs van Timothy Derijck te verhogen. Gevolg was dat de speler aan het begin van het nieuwe seizoen nog altijd bij Feyenoord zat en wederom voor het tweede elftal moest uitkomen.
Timothy Derijck weet het nog heel goed. “Ik vond het nergens op slaan dat bepaalde mensen in een club je ontwikkeling zo in de weg kunnen staan. De eerste twee maanden had ik het daar heel moeilijk mee. Ik heb toen een gesprek met Gertjan Verbeek gehad. Hij zei: ‘Als je zo blijft trainen, schiet het voor jou ook niet op’. Daarmee raakte hij me. Ik ben er weer voor gaan werken. Met als resultaat dat ik de laatste vijf wedstrijden dat ik bij Feyenoord zat weer mee mocht doen in het eerste. Halverwege het seizoen werd ik verkocht aan ADO Den Haag.”
Timothy Derijck zat toen alweer een tijdje bij Sport-Promotion. “Ik heb niet altijd geluk gehad met mijn zaakwaarnemers, maar over Sport-Promotion ben ik erg tevreden. Met Karel Jansen heb ik een goede band. We lachen veel samen. We hebben wekelijks contact en dan bespreken we hoe het gaat. Dat is goed zo. Ze hoeven me niet te zeggen dat een club belangstelling voor me heeft als dat niet zo is. Daar houd ik niet van.”
Derijck blikt nog een keer terug naar die transfer in 2009. “Ik vond het geweldig dat ik naar ADO kon. Het was een club naar mijn hart. Elke week leggen we de beuk erin. De eerste twee jaar werd er weinig gevoetbald. We zijn in de afgelopen periode geëvolueerd. Nu is het zoals ik me van tevoren had voorgesteld.”
Na een stroeve start, waarbij ADO vorig jaar zelfs nog vocht tegen deelname aan de nacompetitie, gaat het dit jaar crescendo. Er staan weer fans bij de trainingen, tot het einde van het seizoen zijn alle wedstrijden uitverkocht en de ploeg heeft – voorlopig – 54 punten uit 30 wedstrijden.
Voor Timothy Derijck reden genoeg om de contractbesprekingen met ADO Den Haag even op een laag pitje te zetten. Eerder dit jaar kwamen de twee partijen er niet direct uit. Het contract van Derijck loopt nog tot 2012, maar later dit jaar zal worden bekeken hoe het verder moet tussen de club uit Den Haag en de speler.
We kijken wat verder vooruit. Op welke grote buitenlandse club heeft Timothy Derijck zijn zinnen gezet? De speler haalt zijn schouders op. “Ik zou het mooi vinden om ooit in Engeland te spelen, maar ik heb nooit gekeken naar een specifieke club. Ik vind het belangrijk dat een club bij me past en dat ik kan spelen. Ik prijs me ook gelukkig dat ik nu bij deze club mag spelen, met deze jongens. Ben ik te bescheiden? Ach, ik heb bij Dender goed gespeeld, maar in mijn carrière heb ik ook veel níet gespeeld. Voor hetzelfde geld komt er niemand voor je. Zo kan het gaan in de voetballerij.”
Rode Duivels
We komen te spreken over het feestje dat werd gehouden na de overwinning op Ajax. Het verhaal is bekend. Collega-speler Lex Immers liet zich meeslepen door de fans en zong beledigende liedjes over Ajax en Joden. De fans plaatsten het filmpje op internet. Volgens Derijck is het voor de selectie een gesloten boek. “Het was niet slim, dat beseft iedereen wel. Ik vind wel dat hij zwaar gestraft is. Hij heeft vier wedstrijden gekregen, maar ik weet zeker dat hij dit nooit zo bedoeld heeft. Het is allemaal een beetje opgeblazen. Het was een smet op de overwinning op Ajax, maar voor ons het nu afgesloten.”
Derijck en consorten concentreren zich nu op die vierde plaats. In het hoofd van de speler is momenteel daarom ook geen ruimte voor dromen over de Rode Duivels. Derijck was tot zijn zestiende aanvoerder van Jong België. “Ik ben begonnen bij België -15. Ik heb veel reizen gemaakt, veel wedstrijden gespeeld en deelgenomen aan het EK. Nu is het moeilijk. Ik speel wel goed, maar het is moeilijk wedijveren met de mensen die op mijn positie spelen. Kompany speelt bij Manchester City, Vermaelen bij Arsenal en Nicolas Lombaerts bij Zenit Sint-Petersburg. Dat zijn niet de minsten. En dan heb je nog Vertonghen en Alderweireld, die spelen weliswaar links en rechts maar die kunnen ook centraal spelen. Het zou leuk zijn om bij de Rode Duivels te zitten, maar mijn prioriteit ligt bij ADO. Als ik hier niet goed speel, hoef ik niet eens over het nationale elftal na te denken. Eerlijk gezegd zou ik er vrede mee hebben als mijn hele carrière verloopt zoals hij nu loopt.”
Timothy Derijck kijkt realistisch tegen de zaken aan. Hij vindt zichzelf nu ook al een bevoorrecht mens. “Daarvoor hoef ik alleen maar naar mijn ouders te kijken die elke dag om vijf uur opstaan en lange dagen maken. Het zou dan natuurlijk wel heel erg zijn als ik mijn talent zou vergooien. Mijn ouders komen meestal kijken bij thuiswedstrijden. Kunnen ze niet, dan volgen ze de wedstrijd via de computer. Ze bellen in elk geval direct na de wedstrijd op. Als voetballer heb je eigenlijk een superleven. Als ik kan, help ik graag mensen die het minder goed hebben. Afgelopen week hebben we met een groot deel van de selectie meegedaan aan een spinningmarathon om geld in te zamelen tegen kanker. Mensen vinden het leuk om de spelers van ADO van dichtbij te zien en voor ons is het een kleine moeite.”