ProProf Magazine nummer 18
Een nieuwe lente, een nieuwe CAO. De lente laat op zich wachten. Buiten is
het guur en de paasdagen leken op de witte kerstdagen van vroeger. Net zo
surrealistisch zijn de files. Een sneeuwvlok en er staat 900 km file. Dat is dus
ongeveer van Brabant tot aan de Middellandse zee. Ongekend.
Beter nieuws is er op het gebied van de CAO, de collectieve arbeidsovereenkomst
voor contractspelers of moet ik zeggen profvoetballers. ProProf en de VVCS
sloten onlangs samen met de werkgeversvereniging FBO een nieuwe CAO. Een
overeenkomst die inmiddels ook door de Centrale Spelersraad is geaccordeerd.
De onderhandelaars van de bonden gingen slagvaardig te werk. In een mum van tijd
werd een nieuwe stap gezet naar een volwassen bedrijfstak betaald voetbal. Het einde van het amateurisme
lijkt in zicht. ProProf stoort zich al lange tijd mateloos aan de clubs die spelers tegen een onkostenvergoeding
of voor premies laat spelen. Vooral in de Eerste Divisie is dit een groot probleem. Tegen een compensatie voor
de reiskosten gaan spelers voor hun laatste kans. Voor hun gevoel is er geen keus. Het is óf spelen voor nop,
óf terug naar het amateurvoetbal. Een groeiend probleem nu clubs steeds meer moeten bezuinigen op hun
budgetten.
Uit onderzoek van ProProf bleek dat meer dan honderd spelers in het betaalde voetbal hun wedstrijden
afwerken zonder contract. Daarmee doen ze zichzelf ernstig tekort. Want ze vallen niet onder de CAO, met alle
risico’s van dien. Spelers zijn niet goed verzekerd en hebben geen enkele inkomsten meer als ze ziek worden
of geblesseerd raken. Deze praktijken passen natuurlijk niet meer bij een bedrijfstak die claimt volwassen
te zijn. Voetbalclubs zijn getransformeerd in professionele bedrijven, de werkgevers moeten dan ook op een
volwaardige manier omgaan met zijn personeel.
ProProf besloot de aanval in te zetten. Nieuwe stappen worden gezet
richting het einde van het amateurisme. Vanaf volgend seizoen zijn
Eredivisieclubs verplicht om minimaal achttien spelers onder contract
hebben die het minimumloon moeten verdienen. Dat is al een flinke stap
vooruit, maar het grootste probleem met amateurspelers ligt natuurlijk niet
in de hoogste afdeling. Vooral de noodlijdende Eerste Divisieclubs lokken
voetballers met een onkostenvergoeding. Deze clubs opereren met zulke
kleine marges dat altijd als eerste wordt gesneden in het budget voor
de selectie. ProProf is dan ook erg blij dat uitgerekend in dit ongunstige
klimaat afspraken zijn gemaakt in het voordeel van de spelers. Aangezien
de bonden beseffen dat de nieuwe regels voor een aantal clubs een
groot probleem is, zal de regeling in de Eerste Divisie gefaseerd worden
ingevoerd. Volgend seizoen moeten de clubs minimaal zestien spelers het
minimumloon betalen. Een seizoen later geldt dit voor zeventien spelers
en het jaar daarop moeten de club zeker achttien spelers op de loonlijst
hebben. Daarmee is het gros van de Eerste Divisiespelers verzekerd van
een inkomen en is mijns inziens ook sprake van profsport!